woensdag 30 januari 2013

een fileermes langs de grenzen

Op de stap uit de maat wil ik lopen met het blinkend zwart
Bruin katoen: de broek, het colbert mijn hoed
Uit het ritme wil ik dan klimmen: amorf de boemel nemen naar de top van de Kalebas
Wil ik parels vangen van meisjes in stormachtige oceanen waar donkerblauw mijn oren slaat:

Daar zal ik de solo zijn met hefboomknieën, schakelbogen in de arm
Een stampende, dampende, hete massa zal het moyenne zijn
Scheutige sigaren en bloemen, nakend wit in het haar
De mores is de bevrijding
Ik kan het bevroeden in het New Orleans van mijn dromen:
Een houten vloer stukgehakt met lak en naalden
Draalt niet de zonderling maar zij buiten de grens van het bestaan
Juist om een grens op te heffen in de gezamenlijke, barstende cocon van de Jazz.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten