donderdag 21 april 2016

In het café van de ouderen

In het café van de ouderen was er
-naast de gebruikelijke geschiedenis-
een vrouw die met opgeheven vuist
van alles wat verkondigde en ooit
was ze begonnen met belezen te zijn
ze oreerde over Madrid en de kunst
en over de vogels die in groten getale
neerdaalden om nesten te bouwen
op het erf van haar weleer

ze dronken wijn en bier om twee
uur in de middag en bidden om
het gelijk dat ze zich aanmeten
en ik voer dronken gesprekken
die stokken in gangpaden van
de supermarkt over Jeroen Bosch
en de binnenstad en elkaar vooral
helpen, spinnend om de zuil
die gekerfd is met moraal
en drank o de drank o de drank

ze drinken hun verdiensten
zij bouwden en nemen rust
en lachen en schamper vormen
de blosjes zich op de wangen
en kleurt de neus rood en de
tongen dikken in het accent
van de stad waar ze de eer
hebben te mogen wonen
en het eigendom is van hen

en hen alleen -en de drank
en ik praat met hen en word
opgenomen en weet binnen
het uur alles van een stad
die ik als de mijne zie en
daar niets van klopt en ik
ben een goede jongere
zoals er niet veel meer zijn

en drank o de drank o de drank
vormt een veilige cirkel van
saamhorigheid, vergetelheid
broederschap met vuisten
een heilige cirkel als omtrek
van een zuil waar ik middenin
luister naar de vrouw die
haar passie opdringt, drinkt

en waar de jeugd nooit weggaat.


woensdag 20 april 2016

Een maandagmiddag in Den Bosch


Het is maandagmiddag in het jaar 2016.
Den Bosch –of ’s-Hertogenbosch- is de speeltuin van de lokalen.
Er is dan ook geen vakantie in zicht en van een zonnige dag
mag men niet spreken. Het weer is navenant.

Ik kocht een tekenblok bij Pipoos waar Mathilde aan het werk was
Zij wist zich geen raad met mijn verschijning. Rimpels op het gelaat
van de oudere dame hadden plaatsgemaakt voor baardhaar
in drie verschillende kleuren en

een hippe bril die eigenlijk heel goedkoop was en ik kocht
bij Hans Anders voor vijfendertig euro omdat de glazen gratis waren
en ik zo, de mevrouw, die Mathilde heet, verras door niet een vrouw
van middelbare leeftijd in een knutselwinkel te zijn

die, heeft besloten macramé uit te proberen om de dooie uurtjes
nu eens niet te vullen met sherry en Omroep Max en Candy Crush
en nutteloze facebookreacties te plaatsen op de posts van haar zoon
die toch niet zal reageren.

Ik lachte vriendelijk naar Mathilde maar omdat ik niet tot haar
doelgroep behoor kreeg ik geen reactie en steek ik buiten een
sigaret op om na te denken over dit treffen hetgeen vervolgens
tot niets leidt.

Met Mathilde zou ik in ieder geval niet willen vrijen. Ik zou aan
een leeg canvas moeten denken in de vorm van een huisje en
uiteindelijk klaarkomen alsof je het laatste restje acrylverf perst
uit een tube Amsterdam, gekocht in de aanbieding

Als mijn sigaret op is trap ik hem uit op de vloer van de stad en
ik weet dat ik dat niet zou moeten doen maar doe het toch
er zijn weinig mensen op straat omdat het een werkdag is en om
kwart voor drie zijn er niet veel pauzes

Wanneer ik drie mensen heb geteld loop ik de Postelstraat in
-waar ik ooit woonde- en ik moet glimlachen om de toeristen
die wat verdwaasd rondkijken en toch wel aanwezig zijn
maar mondjesmaat en verkeerde afslagen namen

Het boekje dat ik kocht is bestemd voor poëzie en ik weet niet
of je dit daaronder mag scharen, maar de stad is aan de lokalen
en de vloer is ook mijn speeltuin
dus waarom niet?

Onderweg naar dit terras keek ik op een ander terras naar de billen
van een meisje, gehuld in een zeer strakke broek kwamen de rondingen
mij voor als reclamebord voor almaar paren zonder gevoel. Ik ben een man
en dergelijke gedachten teisteren mij af en aan

ik wil ze niet uitbannen want het is mijn macramé en ik
heb billen lief en denk er vaak aan, ook aan die van ex-
geliefden. In willekeurige volgorde laat ik ze nog toe in
mijn hoofd. Sorry

Ondertussen drink ik een tweede glaasje bier
Die smaakt mij goed en te goed voor een maandag
Veel te goed zelfs en misschien ga ik wel door tot
mijn geest breekt

onder de zware gedachten die ik met mij meezeul
zal ik wakker worden in een andere stad die ik al ken
maar waarvan ik besloot het te herontdekken omdat ik
avontuur wil en Indiana Jones wil zijn

En proactief zal ik ondernemen
het onbekende zal ik mijn slaaf maken
En mocht ik zojuist niet gebeld zijn
had ik dat waarschijnlijk gedaan



woensdag 30 maart 2016

Uitstelgedrag


Hij heeft een brok in zijn keel. Zijn potsierlijke, bijna spastische, dansen heeft ruim vierentwintig uur later plaats gemaakt voor een brok in zijn keel. De tranen wellen op in zijn ogen en zijn vingers trekken aan zijn haar. Het is ongeloof. Marcus staat al een tijdje op de puinhopen van een leven. Waar hij heeft getracht nog dieper te graven is hem dat gelukt. Het afval kan gelijmd worden. Er zit alleen een rode draad in, die van zelfdestructie. Het leven, zoals hij het kent voelt als een eindeloos falen. Het is niet zo dat hij geen kansen heeft aangegrepen, het is het eindeloze ‘niet weten wat zijn wens is’, dat Marcus steeds nekt. Zijn aanpassingsgedrag is zijn expertise, dermate dat hij zich overal thuis kan voelen, werkelijk overal. Juist daar zit hem de crux. Marcus weet niet meer wat hij is. Zoekende tussen de troep die hij achterlaat volg hij elk lichtpuntje om te baden, zich goed te voelen en vervolgens om het licht te doven. ‘Nee, dit is het ook niet’.

Voor zijn neus staat de platte televisie aan. Destijds gekocht in een opwelling om te pochen met zijn status. Een waardeloos geval dezer dagen, achterhaald door de technische groei die weelderig om hem heen tiert als storm die maar niet wil gaan liggen. Er is een programma op waar men spullen uit opbergruimtes opkoopt en waar de mens zijn hebzucht het meeste laat zien. Marcus kijkt niet. Hij grient en weet er maar niet mee te stoppen.

Over minder dan 24 uur moet hij al zijn spullen gepakt hebben. Hij is al een heel eind, maar deze ochtend wil hij maar niet op gang komen. Uitstelgedrag, een vol hoofd. Eigenlijk kan het hem niet zoveel schelen wat er nu gebeurd. Het huurhuis heeft een einddatum, van maanden de tijd om van alles voor te bereiden zijn er slechts uren over.

Zijn zoontje, dat is het enige dat hem nu echt nog iets kan schelen. Voor hem heeft hij steeds weer zijn rug gerecht en niet opgegeven. Marcus is weer in het dorp gaan wonen, zodat hij hem van dichtbij op kan zien groeien. Hij haalt hem eenmaal per week van school en geniet dan van zijn speelse aanwezigheid. Ook zijn zoontje is gewend geraakt aan deze plek. Spijt neemt de overhand. Een leven van losse componenten die niet met elkaar te rijmen zijn hebben hem in deze situatie gemanoeuvreerd. En Marcus heeft ook wel pech gehad.

In een poging zichzelf op te peppen staat hij op, opent de achterdeur en loopt de tuin in. Nog één sigaret en ik ga aan de slag. Eerst boven, dan beneden. Het plan zit al een volle dag in zijn hoofd en wordt maar niet tot uitvoer gebracht. Buiten is de naderende lente een welkome verandering. Hollandse luchten tonen de geprezen en aloude schoonheid. Achter de wolken schuilt hoop. Tijdens het ijsberen mompelt hij dat de wereld toch een mooie is. De tranen duwt hij terug de oogkassen in. Met de zakdoek uit zijn broek snuit hij zijn neus en een langgerekte schreeuw maakt een definitief einde aan zijn bui. Actie.

Hij heeft zijn ex nog niet gebeld, niemand eigenlijk nog. Het pareltje dat hij heeft gevonden heeft Marcus nog heel even voor zichzelf gehouden. De hele vorige dag en zeker de hele nacht spookte het hem door het hoofd. De binnenkant van de schedelpan bedekt met spiegels. Kaatsen, weerkaatsen en opnieuw. Al die mogelijkheden. Hij kan het maar niet bevatten.

Of het goed voor hem is? Zoveel te kunnen ineens. Hij weet al jaren niet wat hij wil, zijn deze onbegrensde mogelijkheden dan niet juist funest? Wat zijn de eerste dingen die hij zou doen? Niets. Hij loopt in zijn tuin, rookt een sigaret en laat zijn gedachten de vrije loop. De helft van zijn spullen staan al bij zijn moeder. De boeken in ieder geval. Zorgvuldig ingepakt in te veel dozen. Het enige bezit waar hij echt trots op is. Hij wenst ze een plek die ze toekomt. Niet in dozen.

Weer binnen legt hij zijn telefoon naast zijn laptop, hij stroopt zijn mouwen op en tikt een www in om daar in te loggen. Nog een keer die bevestiging voor hij zijn ex zal bellen en haar zeggen dat alles goed komt.


16 – 19 – 23 – 31 – 42  (6 – 5 )                                 € 75.000.000.000

De jackpot is gevallen.


dinsdag 29 maart 2016

Welkom Thuis


Welkom thuis

Vandaag wis ik de sporen
En de wind helpt mee
In de tuin, scherven van een bacchanaal
Ze snijden mijn voeten aan gort
Ik moet er bij stil staan
Vandaag haalde ik het bed af waar ik je nam
Langzaam ontdeed ik hem van onze huid
De wind blies door het huis

zondag 20 maart 2016

Klavecimbel

In mijn hoofd weerklinkt de klavecimbel
Een wederkerend geluid. Niet te duiden ook

Ik zou moeten zoeken om te weten
Welk geluid dit instrument produceert

Hoe weerbarstig het zou zijn in mijn oren
Zo fragiel tegenover het bombast

wanneer ik schreeuw, naar de aarde en de
niet-bestaande-God

-naast al wat woest pompt. Brandt olie
langs de raderen. Maar geen instrument

Geen Eric Satie die mij de klamvochtige
doek werpt om mijn hoofd te deppen

waar ik knielend in het zand, afdruk
en telkenmale vraag om zuiverende stilte

zodat ik nu eindelijk, een klavecimbel

kan duiden en verder kan gaan

maandag 14 maart 2016

Zondagen in het zuiden



Het was vrij simpel, elke zaterdagavond voor het slapen gaan wist ik exact hoe de zondag zou gaan verlopen. Na het
"Ik ga slapen, ik ben moe.
Sluit mijn beide oogjes toe.
Here, houdt ook deze nacht.
Over mij getrouw de wacht"

dat ik samen met mijn moeder prevelde, kreeg ik een natte zoen voordat ik nog even toegestaan werd te lezen. Bij mijn voeteneinde lag een grote stapel stripboeken die ik ter hand nam en een keuze maakte. Zoiets als Netflix op mijn tablet nu. Ik las een paar pagina’s en vocht tegen de slaap alvorens ik mijn licht uitknipte. Op de één of andere manier won de slaap het altijd. De donkerbruine gordijnen lieten net genoeg licht van de lantaarnpaal door de stof om nog even stil te staan bij dat wat komen zou gaan; ik zou ontwaken voordat het goed en wel licht was, naar beneden sluipen en hopen dat op Sky Channel de kinderprogrammering al begonnen was. De klok gaf meestal een tijd aan tussen 06:00 en 07:00.

Als de zon door de ramen begon te schijnen hoorde ik boven, vanaf de zolder, wat gerommel. Het was vaak mijn moeder die als eerste naar beneden kwam en aan het ontbijt begon. O zalig de croissantjes. Na het eten ging het vlot. We kwamen meestal rond 11:00 bij oma aan voor de koffie. Een verplicht nummertje dat altijd hetzelfde verliep. Koffie voor iedereen en 7-up voor mij. Terwijl ik achter aan de tafel zat te tekenen, meestal vergezeld door mijn opa die zich wat terugtrok, gingen de gesprekken voor vaak over de politiek of over geld. Nu ongeveer dertig jaar later probeer ik te achterhalen wat er allemaal gezegd werd. Er zijn inmiddels teveel mensen dood om nog een goed beeld te kunnen schetsen, een beeld zonder alle gekleurde meningen welteverstaan.

Het zijn losse flarden die een beeld vormen waarvan ik aanneem dat het de waarheid is. Van enige animositeit heb ik nooit echt iets gemerkt. De sluimerende, broeiende weerzin van de zondag is mij alleen uit de overlevering bekend en dan zelfs nog dankzij puzzelstukjes die ik zelf aan elkaar heb gefabriekt. Wat dat betreft mag ik de hulde overbrengen aan de aanwezigen destijds. Ik heb er nooit iets van gemerkt. Misschien komt dat ook wel omdat ik er doof voor wilde zijn, omdat ik de gesprekken toch niet begreep, de intonatie me als altijd vriendelijk overkwam, of omdat ik simpelweg opgeslokt zat in mijn eigen wereld.

Van de dingen die mij wel zijn bijgebleven zijn er al veel niet eens meer gebruikelijk en in gebruik, neem het duimdikke tapijt dat op de tafel lag, van een bordeauxrood zoals ik nu de wijn weg klok, of het kleine gaskachteltje dat vermomd als open haard met brandende kooltjes het vertrek verwarmde. Kuis het gevloek als het ding het niet deed. Een klein glaasje op tafel waar de sigaretten uitstaken. De dikke nevel die boven de hoofden dreef. Het wekelijkse ritueel; Opa en oma op zondag.

Het is een hele andere tijd die niet meer verenigbaar is met mijn leven nu. De opeenstapeling aan gebeurtenissen tussen toen en nu zorgen voor een behoorlijk troebel beeld. Trok ik mijzelf wel altijd terug? Was ik misschien juist aanwezig? Is mijn beeld van de zondag, het beeld dat ik kennelijk tot aan 14 maart 2016 met mij meezeul wel een accuraat beeld van de werkelijkheid. Of is mijn beeld ook nog gekleurd? Vond ik het leuk om naar oma en opa te gaan? Ja, als ik mijn herinneringen vandaag nog mag geloven. Goh wat een rare 14 maart.

Weet je, het is goedwel mogelijk dat wij eerst naar de kerk gingen voordat de verplichte koffie op het menu stond. Gingen wij elke zondag naar de kerk? Zo voelt het soms wel. Het in het niets staren, het misboekje doorbladeren en hopen dat het Kyrie Eleison niet zo veel tijd in beslag nam. Als ze Latijn gingen zingen duurde de mis wel anderhalf uur. Die hostie die ik niet aan mocht pakken, want mijn Heilige Communie was nog een paar jaar verwijderd. Er was nog geen aantrekkingskracht vanuit meisjes die mij weg hadden kunnen laten dromen. De monotone tekst van meneer pastoor die erop los citeerde alsof hij niets liever deed. Het doelloos zitten en staren op een bank. Soms telde ik de glas-in-lood-ramen en wachtte op een teken van de Here Jezus, zodat hij me zou zeggen dat, als ik deze mis volhield, ik rijkelijk beloond zou worden. Zoals ik later straalbezopen onder een brug naar hem schreeuwde om zijn aandacht, wetende dat er niets anders is dan lucht, heelal en zwarte gaten die ons uiteindelijk opslokken. Hoe hemels het geloof ook mag zijn geweest, het was voor mij de hel en staat in schril contrast met die zondagen zoals ik ze nu nog in gedachten beleef.

Ik zit achter aan tafel, een karton op het kleed en mijn tekenpapier daarop. Uit de lade van de kast die nu op de kamer van mijn zoon staat komen de kleurpotloden en stiften. Mijn buik zit nog vol van de croissantjes, maar ik vind ruimte voor het koekje. Het geroezemoes en de geur van koffie. Het is er behaaglijk warm, ik voel mij veilig, drink 7-up en boven mijn hoofd drijft de rook van een onaf beeld waarvan ik niet meer kan achterhalen of het nu het juiste beeld is of niet.



maandag 7 maart 2016

Een open sollicitatie aan het UWV

datum                                                                                                                                            
7 maart 2016                                                     
                  

Betreft: Open sollicitatie

Geachte heer, mevrouw,

Met grote belangstelling heb ik mijzelf ingeschreven als werkzoekende. Dit omdat na een lange periode mijn contract niet verlengd werd en ik sedertdien zonder werk zit. Mijn doorzettingsvermogen en mijn enthousiasme snakken naar een nieuwe uitdaging. En ik heb die inmiddels gevonden bij uw bedrijf. Graag wil ik uw dienst van harte bijstaan in het helpen en begeleiden van mensen naar een nieuwe functie en hen helpen ze tijdig te voorzien van de inkomsten waar zij recht op hebben.

Nu ik twee maanden afhankelijk ben van mijn inkomsten via u, is mij opgevallen dat de uitbetaling na het ontvangen van de inkomstenverklaring die elke werkzoekende met een WW-uitkering verplicht is toe te sturen, uiterst traag verloopt. Dit duidt mijns inziens op een tekort aan medewerkers die deze inkomstenverklaringen verwerken. Gelukkig heb ik enige ervaring met Suwinet en kan ik u hierbij gemakkelijk bijstaan om de duur tussen het ontvangen van de inkomstenverklaring en het uitkeren van de uitkering terug te dringen. Het mag natuurlijk vreemd gevonden worden dat een inkomstenverklaring verstuurd op 1 maart 2016 een week later nog steeds niet in behandeling genomen is. Ik hoef u de gevolgen van deze duur niet uit te leggen, want uw uiterst vriendelijke dame van uw klachtenlijn heeft mij uitgelegd dat het hieromtrent klachten regent. Laat mij u helpen. Mijn gezonde verstand en empathie richting uw klanten is dermate groot dat ik hen wil helpen met een soepele en vooral snelle verwerking van deze inkomstenverklaringen.

Indien u van mening bent dat u genoeg FTE’s op deze functie heeft en dat de verwerking van de inkomstenverklaringen nu eenmaal niet sneller kan, dan wil ik mij graag aanbieden voor de volgende functie binnen uw bedrijf. Graag zou ik als gastheer fungeren voor de speeddates die u met uitzendbureaus en wervingsbureaus organiseert zodat uw klanten sneller aan een baan komen. De vriendelijkheid waar ik mee ontvangen werd, alsof ik een vriezer binnenliep, zal mij nog lang heugen. Dat er ruim tachtig gegadigden waren uitgenodigd om in rijen voor statafels te wachten op een kort gesprek dat op zijn zachtst gezegd ongemakkelijk was omwille van de privacy en dat sommige bureaus later dan de afgesproken tijd binnenkwamen om voorts dingen af te raffelen getuigde niet van enige professie. De mores onder de werkzoekenden was er een van verontwaardiging, alsof zij niet serieus genomen werden. Het gevoel dat de werkzoekende een vies beest is dat zich eerst moet bewijzen bekroop mij en helemaal toen uw medewerker met een gezicht dat op onweer stond met glaasjes water tussen de tachtig gegadigden heen banjerde, zonder verontschuldigende lach, of een knikje van dank omdat de tachtig gegadigden in een zeer kleine ruimte de weg voor deze medewerkster vrijmaakte. Aan alle kanten kwam de onwil mijn kant op en ik ben van mening dat dit anders kan, met een vriendelijke lach en een beetje gastvrijheid. En mocht u ook hier van mening zijn dat de medewerkers binnen deze functie voldoen dan zou ik me graag aan willen bieden voor de organisatie van dergelijke bijeenkomsten. Waar ruimte en tijd een aangenaam gevoel geven. Dat er wellicht kamertjes zijn voor een persoonlijk één op één gesprek, of kleine hokjes die rechts van de locatie van de speeddate ruim voorhanden waren. Ik zou bijvoorbeeld voor willen stellen kleinere groepen mensen uit te nodigen zodat ze het gevoel hebben dat er tijd voor ze genomen wordt en zij niet het gevoel krijgen dat een dergelijke ochtend, die hen kansen zou moeten bieden, aanvoelt als een obligaat nummertje vanuit het UWV. Met een paar kleine aanpassingen zou ik u hiermee bijzonder graag van dienst zijn.

En mocht u vervolgens daar ook geen mogelijkheden voor mij zien, dan zou ik u graag willen adviseren over uw website, die een klein beetje zorgt voor een RSI gevoel in de gemiddelde pols. Bij het solliciteren naar een functie vanaf uw site bijvoorbeeld kost het minstens vijf keer klikken voordat de vacature verschijnt. Vacatures bij mijn CV (klik 1); Vacature (klik 2); Reageer (klik 3); hoe wilt u op deze vacature solliciteren maak uw keuze (klik 4); online sollicitatieformulier (scroll en klik 5) om vervolgens bij de vacature te komen. Ik zou u voor willen stellen dat bij klik 3 er een automatische link naar de daadwerkelijke vacature en de sollicitatiemogelijkheden op de externe site worden gegeven. Overigens geldt dat eveneens voor het doorgeven van de taken en sollicitaties. U kunt het met een groot aantal klikken verminderen, waardoor het weer leuk en lekker wordt te solliciteren naar verscheidene functies.

Ik wil uw bedrijf dolgraag helpen, met het imago dat u hebt, met de communicatie naar uw klanten toe en met de verwerking van uw uitkeringen. Mijn hart ligt bij de klanten die aan taken en verplichtingen moeten voldoen en waarvan vele het liefst vandaag weer aan het werk gaan, in plaats van morgen. Ik wil hen een goed gevoel geven en dat kan natuurlijk binnen uw bedrijf. Empathie, persoonlijke aandacht en zorg, geven een bijzonder fijn gevoel. Veelal zijn uw klanten mensen die willen werken en daarin wil ik hen steunen. Als ervaringsdeskundige wil ik uw medewerker zijn om mij in te zetten voor uw bedrijf en uw klanten.

Voor meer informatie over mijn ervaringen kom ik graag in een persoonlijk gesprek een nadere toelichting geven op mijn sollicitatie.


In afwachting van uw antwoord,

Met vriendelijke groet,



Bas Geeraets