donderdag 23 april 2015

LA Living

LA living



Het hele gezin ging uit eten, het kleine telraam bleef thuis. ‘LA-Living, zo noemen ze dat’, zei mijn vader. Mijn moeder had vervolgens, fluisterend in mijn oor gezegd, dat het een smoesje van hem was -vader, zo zei ze, had promotie gemaakt op zijn werk.

Biefstuk werd geserveerd, voor hem, vrouw en kinderen kregen schnitzel. Ook zonder telraam kon de prijs worden berekend. Mijn zusje en ik lurkten wat verveeld aan flesjes Fanta, mijn moeder zat volledig opgedoft het taaie vlees te snijden en keek geconcentreerd naar de lap. Vader praatte honderduit over de kenmerken van LA-living. ‘Zo doen ze dat in Amerika.’

Toen het toetje geserveerd werd, keken we allemaal verlekkerd naar zijn Dame Blanche.

Mijn zus en ik mochten laat opblijven om griesmeelpudding te eten, met thee. Moeder had een grote pot gezet, van een enkel zakje. In zijn stoel, met de Telegraaf, dronk mijn vader genoeglijk een flesje bier.

Het vroor toen we naar bed gingen. Een boeket werd op de ruiten gevormd. Wij kregen sokken aan naar bed, vader mocht de kruik, geheel in stijl met zijn nieuwe leven.

Een paar maanden later stonk het huis nog naar sigaren, de dagelijkse Telegraaf lag onaangeroerd.  Moeder droeg haar schort, wij dronken thee, de ramen toonden bloemen.


De laatste keer dat ik mijn vader zag was twee jaar later, hij liep naast een blonde vrouw die ik niet kende. Ze foeterde op hem en balanceerde op hoge hakken. Ik weet nog dat ik dacht hoe onmogelijk het moest zijn om op die hakken te lopen. Misschien dat ze daarom zo boos deed tegen mijn vader. Ze had blond haar dat heel hoog zat, aan een koordje liep een poedel. Ik twijfelde even of het mijn vader wel was, maar herkende zijn stem –hoe verontschuldigend die op dat moment ook klonk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten